Oudere koeien hebben een verminderd botmetabolisme. Dit is de reden dat we melkziekte en subklinische melkziekte veelal terugzien vanaf de 2de lactatie. Rondom het afkalven daalt de calciumspiegel in het bloed, omdat de melkproductie op gang komt. Een koe probeert dit calciumtekort zo snel mogelijk aan te vullen. Maar dat lukt niet altijd.
Een calciumtekort bij koeien rondom het afkalven kan desastreuze gevolgen hebben voor de koe, die net aan de nieuwe lactatie begint. Klinische melkziekte wordt vaak behandeld met een calciuminfuus + calcium bolussen. Subklinische gevallen blijven vaak onbehandeld. Als de transitiefase van droogstand naar nieuwe lactatie niet goed verloopt, kan dit leiden tot een hoog percentage onvrijwillige afvoer in de eerste zestig dagen na het afkalven, met veel fininciële schade als gevolg.
Wat kunnen we doen om het dier een betere start te geven:
Afbeelding: Werking van botmetabolisme om calcium beschikbaar te maken